woensdag 27 augustus 2008

Bob Dylan – Empire Burlesque






“Wanneer ik een plaat maak, heb ik nummers nodig,” vertelde Dylan in ’85. “Ik begin dus in mijn zakken en laden te zoeken. Ik kies er eentje uit, dat ik nog nooit heb gezongen. Soms herinner ik me zelfs de melodie niet meer en ik probeer er dan in te komen. Soms gebeurd er dan iets fantastisch… en soms iets minder groots. Maar wat er ook gebeurd, als ik het doe in de studio is dat voor de eerste keer. Ik ken het nummer nog niet.
Vroeger bleef ik er bij, zoals het er uit kwam, of ik er van ondersteboven was of niet. Ik hield me er gewoon aan, om het niet opnieuw te moeten doen. Ik wou het niet nog eens opnemen… Zo’n jaar of twee geleden besloot ik het serieus aan te pakken en gewoon opnamen te maken.”

De laatste vijftien jaar was hij gewoon een studio te boeken voor een week, een dozijn of wat songs op te nemen en daar een plaat mee te maken. Maar nu keerde hij terug naar het systeem dat hij in de jaren zestig bezigde: de studio alleen opzoeken wanneer hij er inspiratie voor had – of zin. Een vaste band is moeilijk aan te houden op die manier en een producer… daar heeft ie even genoeg van.


Intergalactic Studio

Deze nieuwe manier van opnemen begon in juli 1984. Bob Dylan was amper twee weken terug van zijn Europese tournee.

Op 24 juli ontmoette hij in de Intergalactic Studio in New York de begeleidingsband van soulzanger Al Green. De band stond onder leiding van drummer Steve Potts, die later Al Jackson zou vervangen bij Booker T. and the MG’s en tegenwoordig bij Cat Power achter het drumstel zit.
Bob had zijn vriendin, Carolyn Dennis meegebracht, om tweede stem te zingen.

De zwarte muzikanten werden aangevuld met Ron Wood. Na Mick Taylor tegen wil en dank tot zijn bandleider te hebben benoemd, vond Bob het blijkbaar passend om diens opvolger bij de Rolling Stones uit te nodigen.

Het merkwaardige gezelschap probeerde eerst 'Honey Wait'. Mogelijk is dat een eigen compositie van de meester. Het klinkt wat als een oude Chess song, maar later is er nooit meer iets van vernomen.
Daarna gaan ze verder met 'Mountain Of Love'. Dat soulvolle nummer uit 1960 was de enige hit voor Harold Dorman. Tenslotte schakelen ze over op 'We Had It All', een countrysong uit 1974 van Donny Frittis, maar recent terug opgepikt door Dolly Parton.

De sessie leverde niets bruikbaars op. “Die kerels uit Memphis begrepen niets van Bob's akkoordenwisselingen,” verklaarde de Stones gitarist later. ”Iedere keer hij een nieuw nummer begon, koos hij een nieuwe toonaard. Of, als we een nummer een paar keer deden, deed hij het telkens in een andere toonsoort. Ik heb daar geen probleem mee, maar de band was compleet in de war.”


Delta Sound

Er worden een half dozijn nummers op band gezet, meestal in één of twee takes.
'Driftin' Too Far From Shore' staat als eerste op het programma. De titel is geleend van een jaren veertig countrysong van Roy Acuff, maar heeft daar verder niets mee te maken. Dat truukje past Dylan wel meer toe in deze periode: ook 'I'll Remember You' en 'The Very Thought Of You' zijn geleend van oude songs van respectievelijk Johnny Mercer (1942) en band leider Ray Noble (1931).

Hoewel hij de song tijdens de rest van deze sessies links laat liggen, zou hij 'Driftin' Too Far From Shore' in april 1986 terug oppikken en na overvloedige overdubben uitbrengen op Knocked Out Loaded.

De drie volgende nummers verdwijnen allemaal in de vergetelheid. Nochtans is het zes minuten lange 'Who Loves You More' is even goed als om het even welk ander nummer dat op de plaat belande. Toch kijkt Dylan er nooit meer naar om. 'Firebird' en 'Wolf' zijn enkel backing tracks, zonder zang.

De sessie wordt afgesloten met een nieuwe versie van een song uit de Infidels sessies: 'Clean Cut Kid'. Deze keer is hij wel tevreden over het resultaat.

Maar na afloop van de opnamen ziet Ron Wood met verbazing hoe Dylan het mixen overlaat aan anderen.
"[De geluidstechnici ] zeiden: 'He Bob, dit hebben we niet nodig,' en hij antwoordde dan: 'Oh, prima.' Ze maakten een mix zoals zij dat wilden en hij stond erbij en liet hen maar begaan. Ik riep: 'Hey! Je kan die kerels toch niet...Kijk! Ze hebben de backing vocals weggelaten!' Maar iets in hem liet hem niet toe in te grijpen. Als hij dezelfde vastberadenheid in de controle ruimte toonde als die hij in de studio had, zou het schitterend spul opgeleverd hebben.”



Ga toch weg!

De volgende maanden neemt Dylan vakantie. In augustus gaat hij zeilen tussen de Caribische eilanden, waar hij kan genieten van de eenzaamheid en de stilte.

In september komt hij slechts één keer in een studio. Lone Justice is een jonge band die net door zijn vriendin Carole Childs is getekend bij Geffen. Dylan gaat langs om hen een demo van 'Go Away Little Boy' te geven.
“Hij kwam naar de [Power Station] studio en leerde ons het nummer,” vertelt de zangeres van de groep, Maria McKee. “En hij bleef rondhangen. Hij bracht Ron Wood mee en ze speelden er op mee… Het duurde erg lang om het op te nemen, omdat hij vond dat ik het niet goed zong... tot ik het zong gelijk hij deed! Uiteindelijk deed ik dus mijn beste Bob Dylan imitatie en hij zei: ‘Ah, nu zing je tenminste!’”
Lone Justice is niet zo blij met het resultaat. Het nummer wordt enkel als b-kantje uitgebracht op de 12" versie van 'Sweet Sweet Baby'.


New Danville Girl

Na een pauze van vier maanden worden de sessies voor Empire Burlesque in december hervat.

De vorige maand heeft Dylan in de Oceanway Studios in Los Angeles wat muzikanten uitgeprobeerd door te jammen op covers: het van Mungo Jerry gekende 'In The Summertime', 'Freedom For The Stallion' van Allen Toussaint en 'Help Me Make It Through The Night' van Kris Kristofferson.

Uiteindelijk pikt hij er Ira Ingber uit. De gitarist is het jongere broertje van Elliot Ingber van de Mothers Of Invention en Fraternity Of Man. Zelf maakte Ira deel uit van de singer/songwriter “Mafia” uit zuid Californië, die draaide om mensen als J.D. Souther, Karla Bonoff, Jennifer Warnes, Andrew Gold en Bonnie Raitt.

Ingber kreeg de opdracht een band samen te stellen om de sessies terug op te pikken. Hij komt aanzetten met de Nashville afkomstige toetsenist Vince Melamed en bassist Carl Sealove. Met drummer Don Heffington had Dylan al kennis gemaakt tijdens de opname met Lone Justice. Hij was afkomstig uit de Hot Band van Emmylou Harris.

Deze groep muzikanten begint op 6 december in de Cherokee Studio in Hollywood aan de opname van een ambitieus nummer dat Dylan samen heeft geschreven met de schrijver Sam Shepard: 'New Danville Girl'.
Woody Guthrie had al een nummer over een ‘Danville Girl’, vandaar.

“Het heeft te maken met een man die staat te wachten voor de cinema, om een oude film met Gregory Peck te gaan kijken,” legt Shepard uit, “Hij kan het zich niet niet meer helemaal herinneren – stukjes en beetjes – en begint te fantaseren. Hij begint in zijn hoofd te praten met een vrouw… over een uitstapje dat ze samen hebben gemaakt… We hebben twee dagen aan de tekst gewerkt – Bob had de melodielijn al, die stond al op band… Hij wou er zelfs een video van maken.”

Gedurende een dag of zes week worden verschillende sessies besteed aan die ene song en iedereen is trots op het resultaat.
“Toen we de song opgenomen hadden, maakten we er een cassette van," vertelt Ira Ingber. "Hij pakte die en begon hem te draaien. De volgende keer dat we opnamen zei hij: ‘Veel mensen vinden dit wel goed.’
En dan deed hij er niks mee. Het leek of hij net deed omdat de mensen het goed vonden en dus hield hij het tegen.”

Later wordt de song toch nog uitgebracht op Knocked Out Loaded. Maar dat is een nieuwe versie, met een nieuwe title: 'Brownville Girl'. Een schaduw van het origineel.


Vierde band

Na die week wordt Ingber alweer bedankt voor zijn diensten. Tijdens de opname met Lone Justice heeft Dylan ook kennis gemaakt met Benmont Tench, toetsenist van Tom Petty. Die brengt zijn collega Heartbreakers Mike Campbell en Howie Epstein mee. Drummer Don Heffington blijft als enige over van de vorige groep.
Outsider is deze keer pianist John R. Paruolo. Die schuimt met zijn groep Jack Mack and the Heart Attack feesten en partijen af. Ze hebben één LP gemaakt Cardiac Party, geproducet door Glenn Frey van the Eagles.

Samen werken ze in de tweede helft van december gedurende een drietal sessies, waarbij een vijftal songs op band worden gezet. 'Something's Burning Baby' blijkt een van de hoogtepunten van de plaat, doorspekt met beelden van de Apocalyps.
Nochtans verliep de opname niet vlekkenloos: “Het is een vreemd nummer. Carol kende de woorden niet eens toen ze moest meezingen. Ik zag hoe ze hem probeerde te volgen. Ze moest live met hem meezingen, maar probeer dat maar eens met Bob – die weet zelf niet eens waar hij naar toe gaat.”

De andere nummers belanden in het archief ('The Girl I Left Behind' en 'Prince Of Plunder') of worden later nog eens overgedaan ('I'll Remember You' en 'Seeing The Real You At Last').

Zo komt dezelfde band op 28 januari opnieuw samen voor 'Seeing The Real You At Last'.

Dat is het eerste van drie songs op Empire Burlesque waarbij Dylan zich liet inspireren door films uit de jaren veertig en vijftig, vooral uit het genre "film noir" en bij voorkeur met Humphrey Bogart in de hoofdrol. John Bauldie ontdekte dat maar liefst vijf regels uit 'Seeing the Real You at Last', 'When the Night Comes Falling from the Sky' en 'Tight Connection to My Heart' haast letterlijke citaten zijn uit The Maltese Falcon (van John Huston - 1941). Maar ook Tokyo Joe, The Big Sleep, Sahara, To Have and Have Not en Key Largo dienden als bron.
(Voor meer info hierover: http://members.aol.com/dylanfilm/)
Zoals hij in 'New Danville Girl' toegeeft: "If there's an original thought out there, I could use it".

Ook in de loop van februari keerden de drie Heartbreakers met Heffington nog een paar keer terug naar de Cherokee Studio om er nog meer basistracks op te nemen.
Op 5 februari waren dat 'Trust Yourself' en 'I'll Remember You' en een week later - op Valentijnsdag - een paar liefdesliedjes: 'Straight A's In Love' van Johnny Cash en zijn eigen 'Emotionally Yours'. The man is in love, zoveel is duidelijk.


We Are The World

Tussendoor moest er even tijd vrijgemaakt voor wat grootse dingen.

De Ierse zanger Bob Geldoff was ontroerd geraakt bij het zien van een documentaire over de hongersnood in Ethiopië. Hij trommelde zowat iedereen op die iets betekende in de Britse popscène van de jaren tachtig. Onder de naam Band Aid namen ze een benefietsingle op: 'Do They Know It's Christmas'. Het werd een enorme hit in de Kerstperiode.

Natuurlijk kon Amerika niet achter blijven. Michael Jackson en Lionel Richie zetten een gelijkaardig project op poten, onder de bescheiden titel USA For Africa.

Op 28 januari 1985 is er voldoende schoon volk in Los Angeles verzameld voor de uitreiking van de American Music Awards. Van de gelegenheid wordt gebruik gemaakt om 'We Are The World' op te nemen.
Gerenommeerde artiesten als Diana Ross, Paul Simon, Billy Joel, Kim Carnes, Dionne Warwick, Smokey Robinson, Bette Midler, Stevie Wonder, Al Jarreau, Tina Turner en Bruce Springsteen staan te dringen voor een plaatsje voor de camera.
Dylan voelt zich erg ongemakkelijk met het hele gedoe. Hij kan zijn lijnen pas zingen nadat Stevie Wonder het, in zijn beste Dylanimitatie heeft voorgedaan.
Later verklaart hij: "Het geld voor de stervende mensen in Afrika vind ik een goed idee, maar ik was toch niet overtuigd over de boodschap van het nummer."

'We Are The World', geproducet door Quincy Jones, wordt op 7 maart 1985 uitgebracht. Het wordt één van de best verkochte singles van het jaar. Het project USA For Africa brengt in totaal ruim zestig miljoen dollar op.

In de namiddag voor de benefietopname had Dylan zelf nog even 'Seeing The Real You At Last' opgenomen, met de drie Heartbreakers, plus Heffington. Die vier keerden in de loop van februari nog twee keer terug naar de Cherokee Studio om er nog meer basistracks op te nemen.
Op 5 februari waren dat 'Trust Yourself' en 'I'll Remember You' en een week later - op Valentijnsdag - een paar liefdesliedjes: 'Straight A's In Love' van Johnny Cash en zijn eigen 'Emotionally Yours'. The man is in love, zoveel is duidelijk.


Vijfde band

Even na de sessie op Valentijnsdag, vliegt Bob Dylan terug naar New York.
Op dinsdag 19 februari staat in The Power Station alweer een nieuwe groep muzikanten ter beschikking van de zanger. Gitarist Steve van Zandt en pianist Roy Bittan komen natuurlijk uit de E Street Band, terwijl de succesvolle ritmesectie Sly Dunbar en Robbie Shakespeare uit Jamaica komen. Carolyn Dennis krijgt hulp van Queen Ester Marrow en Debra Byrd.
Samen nemen ze een wallenbakkende versie op van 'When The Night Comes Falling From The Sky', gevolgd door 'Something's Burning Baby'.

Jammer genoeg hebben de twee mannen van de E Street Band de volgende avond andere verplichtingen. Dus worden de ballads 'Never Gonna Be The Same Again', 'Waiting To Get Beat' en 'Tight Connection To My Heart' zonder hen opgenomen.

Dat laatste nummer is een bewerking van een outtake uit de Infidels sessies: 'Someone's Got A Hold Of My Heart' (terug te vinden op The Bootleg Series Volumes 1-3). De basis blijft behouden, maar de song wordt opnieuw aangekleed en voorzien van een nieuwe tekst waarbij alle religieuze verwijzingen zorgvuldig zijn weggevlakt.

Donderdag komen het verleden en de toekomst even samen. Twee gitaristen komen Bob, Sly en Robbie helpen om een nieuwe versie van 'Something's Burning, Baby' op band te zetten: Al Kooper en Stuart Kimball.
Kooper zat aan het ocrgel tijdens de opname van 'Like A Rolling Stone' in 1966 en Kimball zal vanaf 2000 in de Never Ending Tour meedraaien.
Er is ook een synthesizerspeler bijgekomen: Richard Stevenson.

Critici en kenners als Tim Riley en Clinton Heylin zijn ondersteboven van de stomende opname van 'When The Night Comes Falling From The Sky' met de E Street Band leden. Toch kiest Dylan er voor de song op zaterdag helemaal opnieuw op te nemen, in een disco-achtig arrangement.
Take 4 wordt uitverkozen om, mits de nodige overdubs, op Empire Burlesque te prijken. Gelukkig verschijnt de originele versie zes jaar later alsnog op The Bootleg Series Volumes 1-3 (Rare & Unreleased) 1961-1991.


Overdubs en mixen

Tot nu toe heeft hij zonder producer gewerkt, maar het is tijd om daar verandering in te brengen.

De sterproducer van het moment is Arthur Baker. Hoewel hij gespecialiseerd was in rap en disco heeft de man onlangs de overstap gemaakt naar de rock. Hij heeft Bruce Springsteen aan hits geholpen door lekker in het oor liggende dance remxien te maken van 'Cover me' en 'Dancing In The Dark'. Ook Cyndi Lauper scoorde goed met 'Girls Just Want To Have Fun' en New Order met 'Confusion'.
En dat wil onze man uit Duluth ook!

“Ik had zowat overal wat opgenomen en toen het tijd werd om er een plaat van te maken, bracht ik het allemaal naar [Arthur Baker],” verklaarde hij. De opdracht was simpel: "Ik wil een pak platen verkopen!"

Baker mag, in de Shake Down Studios, naar hartelust de basisopnamen overdubben en mixen. Het resultaat is dat zowat alles een zelfde jaren tachtig sausje krijgt van synthesizers en groots klinkende drums.
Daarvoor worden percussionist Bashiri Johnson en synthsizer speler Richard Seher opgetrommeld. Daarnaast zijn er blazers en natuurlijk de Queens of Rhythm: Carol en haar moeder, Esther Marrow plus Peggi Blue.

“Hij liet het klinken als een plaat,” merkte Bob Dylan trots op. “[De vorige producer] luisterde te veel naar de nummers. Ik zag hem te veel denken… Ik zag hem bezig met rollen papier tijdens een mixsessie, schreef alles op. Dat wou ik niet. Arthur luisterde alleen maar en zei, ‘Ja!’ En hij regelde het. Ik luisterde naar de klank van mijn vorige plaat en dan naar deze en deze klinkt beter.”


Een nakomertje

“Ik had negen nummers die ik wist dat op de plaat hoorden en ik had een tiende nodig,” vertelt hij. “Ik had vier nummers over en één van die zou de tiende worden."
Arthur Baker vindt echter dat de plaat best kan worden afgesloten met iets simpels. Iets rustig na zoveel geweld. Het idée om af te sluiten met alleen een akoestische gitaar en wat harmonica spreekt Dylan wel aan.
"… dus schreef ik hem. Ik schreef een nieuw nummer omdat niets anders paste.”

Die avond keert hij terug naar zijn hotel in Manhattan. Het is al na middernacht.
"Toen ik uit de lift stapte," vertelt hij in zijn Kronieken, "liep er een call girl mijn richting uit, door de gang - bleek, geel haar en een jas van vossenbont om - hoge hakken waarmee ze je hart kan doorboren. Ze had blauwe kringen om de ogen, zwarte eyeliner, donkere ogen. Ze zag er uit alsof ze slaag had gekregen en schrik had om er nog meer te krijgen. In haar hand, een glas rode wijn. 'Ik heb een drank nodig,' zei ze toen ze me passeerde. Ze had iets moois over zich, maar niets voor deze wereld."

'Dark Eyes' wordt op 3 maart opgenomen. Dylan heeft veel moeite om de melodie op band te zetten. Uiteindelijk worden drie snaren afgeplakt, zodat hij ze niet onnodig kan aanslaan. Wanneer hij het in februari 1986 nog eens probeert te spelen tijdens een show in Sydney gaat hij opnieuw de mist in. Hij laat het wijselijk bij die ene poging om het nummer live te brengen.


Empire Burlesque

Vanaf 30 mei 1985 ligt de plaat in de winkel. Op de hoes staat een foto van Bob Dylan in een trendy jasje. Even trendy als de arrangementen van Arthur Baker. En even snel verouderd.

De plaat wordt overwegend lovend ontvangen, al is er ook wel kritiek op de trendy productie. Robert Christgau heft het in Village Voice over "zijn beste werk sinds Blood on the Tracks."

Toch blijft de plaat in Amerika steken op een drieëndertigste plaats in de Billboard-albumlijst. In de Engelse albumlijst bereikt Empire Burlesque de elfde plaats.

De relatief zwakke noteringen zijn voor een stuk te wijten aan gebrek aan promotie van Dylan zelf: geen tournee, slechts een paar interviews.



Videoclipjes bij de singles

MTV is dan in volle bloei en TV is het ideale middel om promotie te maken voor een nieuwe plaat. Dus moet er een viedeoclip komen bij de eerste single: 'Tight Connection To My Heart'. Als single is het een terechte keuze: het reggae-getinte liefdesliedje is een van Dylan's beste nummers uit de jaren tachtig.

Dylan laat rondhoren of iemand ideeën heeft voor het clipje.
Uiteindellijk kiest hij voor regisseur en scenarist Paul Schrader. Hij bewondert diens film Mishima, die gedraaid is in Japan. Dus vliegen ze einde april voor twee dagen naar Tokio.

Het is Schrader's eerste videoclip. Nochtans vertelde hij in mei 1985 veel interesse te hebben voor het medium: "Een film moet je vanaf de eerste keer onmiddeliijk kunnen begrijpen. Maar een song draag je langer mee," legde hij enthousiast uit. "Een song mag je pas doorgronden na herhaalde beluistering en misschien zelfs nooit helemaal. Maar een muziekvideo zit daar tussen in. Dus wou ik dat eens onderzoeken: een filmpje maken dat pas na een aantal vertoningen zijn geheimen prijs geeft. De bedoeling was om een gefragmenteerde verhaallijn en poetische beelden door elkaar te weven - net als in Dylan's songs zelf.''
Hij gaf toe dat de zanger zelf minder enthousiast was. "Hij had wat indeeën. We zaten een paar uur rond de tafel," gaat Schrader verder. Het filmpje gaat over een man, twee vrouwen en een moord. ''Hij zei tegen mij: 'doe wat je wil, want we hebben niet veel tijd.' Ik denk dat hij liever geen video's maakt.''
De regisseur ziet dat anders: ''Er zit toekomst in. Het geeft regisseurs de kans om te experimenteren - en dat kan anders moeilijk door de hoge kosten. En je kan er alle kanten mee uit. Ze vertellen je hoe lang het moet duren en verder heb je carte blanche."

Het resultaat valt echter zwaar tegen en het blijkt Schrader's enige videoclip.




Omdat hij niet tevreden is met het clipje, gaat Dylan op zoek naar iemand anders voor de clipjes bij beide kanten van de volgende single: 'When The Night Comes Falling From The Sky' en 'Emotionally Yours'. Dave Stewart van de Eurythmics wordt aangesteld als “executive producer”.

De opnamen vinden plaats op 22 en 23 augustus in het Gymnasium van de First Methodist Church in Hollywood.
De beide filmpjes samen vertellen een verhaal, leggen de regisseurs uit: de zanger heeft een verhouding met een meisje. Ze gaat met hem naar een optreden waar hij 'When The Night Comes Falling From The Sky' speelt. Zonder dat de zanger het weet is daar echter ook zijn ex. Die kan het niet aan om hem samen te zien met een ander: ze loopt weg.
In het begin van het tweede filmpje heeft Dylan haar zien weg lopen en blijft hij alleen achter. Op zijn akoestische gitaar speelt hij dan 'Emotionally Yours', meimerend over de gemiste kansen.


De single komt in oktober op de markt. MTV draait de filmpjes echter nooit na elkaar en hierdoor gaat de clue verloren.

Hier zijn beide clipjes. De YouTube filmpjes mogen niet worden gekopieerd.

http://www.youtube.com/watch?v=U51Ll01hx6Q&feature=related
http://www.youtube.com/watch?v=DPjOSqaMkac&feature=related

De eigenlijke regisseurs, Markus Innocenti en Eddie Arno, vernemen pas achteraf wat de bedoeling was. “Ons werd alleen verteld dat het in zwart-wit moest. Er werd niet bij verteld waarom. Had Dylan vooraf even met ons gepraat… pas achetraf hoorden we dat het er moest uitzien als een oude Japanse film. We hadden er iets heel anders van kunnen maken.
Pas toen we Mishima zagen begrepen we wat Dylan had gewild. Als je die film ooit ziet let dan vooral op de zwart-wit scenes. Het zou interessant zijn om Dylan’s muziek onder die beelden te plakken – het zou buitengewoon zijn. Veel beter dan wat je met video kan doen. Toen begrepen we wat Dylan wou dat Schrader deed met 'Tight Connection To My Heart'. Ik kan goed begrijpen dat hij het opnieuw wou proberen nadat de eerste poging was tegengevallen. Beeld u eens in wat een prachtig resultaat je met zwart-wit beelden kon bereiken.”

Een pak outtakes van deze sessies en de songs zoals ze klonken voor Arthur Baker ze een jaren tachtig sausje gaf, kun je vinden op Naked Empire: http://rapidshare.com/files/136223451/Naked_Empire.zip
Met dank aan DylanNL voor de link.

zondag 10 augustus 2008

Lennon in Toronto



De Plastic Ono Band op het Rock ‘n’ Roll Revival Festival in Toronto
13 september 1969

Intro

Eind 1969 was de psychedelische rage helemaal voorbij. Tijdens het afgelopen jaar waren toonaangevende bands en figuren als Bob Dylan, de Beach Boys en de Beatles allemaal terug gekeerd naar hun roots: rhythm & blues en rock 'n' roll. Nieuwe groepen als The Band, Creedence Clearwater Revival, Delaney & Bonnie volgden in hun voetsporen.
In Canada meenden een aantal mensen dat de tijd rijp was voor een revival concert. Het zou plaatsvinden in het Varsity Stadium aan de universiteit van Toronto, Ontario op zaterdag 13 september. De promotors, Walker-Brower contacteerden zoveel mogelijk top rock & roll sterren uit de jaren vijftig als ze maar konden vinden: Chuck Berry, Jerry Lee Lewis en Gene Vincent, plus Little Richard en Bo Diddley. Er werden enkele nieuwe acts aan toegevoegd zoals The Doors en Chicago Transit Authority. En verder waren er nog Lord Sutch, Tony Joe White, Doug Kershaw en Alice Cooper. De show werd aangekondigd als de Toronto Rock & Roll Revival Show.

12 september 1969 - 23:00 - Londen

De ticketverkoop viel zwaar tegen. Er waren al meerdere revival shows geweest en de mensen waren niet echt geïnteresseerd aan die acts van meer dan tien jaar geleden. Tegen maandag 8 september waren er slechts 800 tickets verkocht. Om een totale vernedering en een zeker failliet te voorkomen deed een van de promotors, John Brower, een wanhoopspoging: hij belde naar Apple Corps in Londen.

Apple Corps was de nieuwe firma die de Beatles hadden opgericht om hun belangen te ergelen en nieuwe artiesten een kans te geven.

Brower vroeg naar the Beatles. Tot zijn verassing kreeg hij John Lennon aan de lijn. "Ik was in mijn kantoor bij Apple," verklaarde John, "toen ik een telefoontje kreeg van een kerel die vroeg: 'Kom naar Toronto'."

De Beatles waren drie jaar eerder gestopt met optreden. Dat was dus uitgesloten. Daarom vroeg Brower of Lennon misschien geïnteresseerd was om zijn idool, Chuck Berry, te zien spelen. "Ze vroegen ons om als koning en koningin aanwezig te zijn bij het concert – het was niet de bedoeling dat we er zouden spelen. Maar daar had ik niet goed op gelet en ik riep: 'OK. OK. Geef me even de tijd om een band samen te stellen'
Vervolgens dacht ik: 'Wie kan ik meenemen om er met mij te gaan spelen?' "

Hij zag zich genoodzaakt om een band uit de grond te stampen.
Terry Doran, de persoonlijke assistant van George Harrison, begon rond te bellen. Eerst een ritmesectie. Ringo was pas geopereerd. Klaus Voormann, een vriend uit de periode dat de Beatles in Hamburg hadden gewerkt, speelde bas bij Manfred Mann. Die kon snel worden opgespoord.
Alan White was de volgende. Hij had vroeger het drumstoeltje bezet bij Alan Price. “John had me de vorige avond zien optreden in een club, met mijn band, Griffin" herinnert White zich. "Ik denk dat het de Rasputin Club was in Bond Street. Iemand die voor hem werkte contacteerde me en zei: ‘John wil met je spelen. Hij wil morgen gaan optreden in Toronto met de Plastic Ono Band.’
Ik zei: ‘Loop aan.’ En hei weer: ‘Nee, echt.’
Ik geloofde er geen bal van. Maar hij belde later opnieuw en zei: ‘Morgen sturen we een limo om je op te pikken voor dat concert.’
Normaal moest ik die avond optreden met mijn band en die waren er niet blij mee dat ik moest afzeggen."

Een solo gitarist vinden bleek moeilijker. John had zijn keus laten vallen op Eric Clapton. De gitarist was pas een week eerder terug gekeerd naar Engeland, na een uitputtende tourneedoor noord Amerika, met zijn band Blind Faith. Doran had al een paar keer naar het huis van Clapton gebeld maar hij kreeg er nooit antwoord. De hele nacht lang bleef hij proberen om het te bereiken. Uiteindelijk stuurde hij om half zes in de ochtend een telegram naar Clapton's huis en ging slapen.


13 september 1969 - 9:30 - London Airport

Het vliegtuig zou ertrekken om 10 uur 's ochtends.
Tegen half tien stonden de meeste artiesten en assistenten in de luchthaven paraat. Enkel van Clapton was nog geen spoor en ook niet van … John en Yoko. Iemand belde hen op en kreeg te horen dat John zich had bedacht: “Stuur bloemen. Groetjes van John en Yoko. We kunnen niet komen.”

Net op dat moment kwam Terry binnen gestormd met Eric Clapton vlak achter hem. Blijkbaar was Eric tegen elf uur gaan slapen en had de telefoon niet gehoord. Gelukkig had zijn tuinman het telegram gelezen, hem gewekt en verteld over het concert. Clapton slaagde er in Lennon te overtuigen om het volgende vliegtuig te halen.

De tickets werden herboekt voor 15:15.


14:00 - London Airport

Tegen dat ze voor de tweede keer verzamelden was de groep aangegroeid tot tien mensen: John en Yoko, Eric Clapton, Alan White, Klaus Voormann, Anthony Fawcett (John's persoonlijke assistent), het Beatleshulpje Mal Evans, Terry Doran plus Jill en Dan Richter.
De Richters hadden de opdracht gekregen om zowat alles in het leven van John en Yoko vast te leggen op film. Ze zouden dus ook een beeldverslag maken van het Toronto concert.


15:15 - London Airport

Door de wijzigingen van de vliegplannen waren er slechts drie eersteklas plaatsen beschikbaar in het vliegtuig. Daardoor namen John, Yoko en Eric vooraan plaats in het vliegtuig, terwijl de rest achterin ging zitten.


16:30 – boven de Atlantische Oceaan

Na het eten stapten John, Yoko en Eric door het gangpad naar hun maten achterin, om er te gaan repeteren.

“Het was zo'n oude Boeing 707," weet Alan White, "Hij was niet volgeboekt. Dus kropen we achterin allemaal samen. Zij speelden op akoestische gitaren terwijl ik met mijn drumstokjes op een zetelrug trommelde. We zochten wat arrangementen voor de nummers die we zouden spelen – het waren praktisch allemaal klassiekers – en we waren klaar.”
“Door het geluid van de straalmotoren kon niemand iets horen van mijn bas,” voegt Klaus Voormann daar aan toe."
De setlist werd opgesteld op de achterkant van het menu van de luchtvaartmaatschappij.



18:30 (plaatselijke tijd) - Toronto Airport

Yoko had wat problemen om door de douane te raken, omdat ze niet de juiste vaccinaties kon aantonen, maar uiteindelijk werd ze toch toegelaten.
Voor de luchthaven stonden enkele limousines te wachten om het gezelschap 18 mijl verder naar het Varsity Stadium te brengen.
Alan White bevestigt: “Aan de luchthaven stond een hele vloot auto's te wachten: zeker vier of vijf limo's. Plus een veertigtal motoragenten."


Varsity Stadium

Ondertussen was het festival al volop aan de gang. De hele namiddag speelde de ene na de andere act in het stadium.

Een verslag van een 14 jarige fan: "Het was allemaal fantastisch: Bo Diddley danste met zijn knappe bassiste rond 2 uur in de namiddag... Chicago Transit Authority waren al een hele tijd bezig voor ik ze herkende door een van hun nummers... Jerry Lee was geweldig... Chuck Berry liet het publiek uit zijn hand eten en speelde 'My Ding-a-Ling' – zijn toekomstige nummer 1 – jaren voor het een hit werd... Little Richard zweette als een bezetene... Alice Cooper in een wolk van pluimen, terwijl er geruchten de ronde deden over geslachte kippen (Ik denk dat de pluimen gewoon uit kussens kwamen!)...

De mooiste herinnering (voor mij, als 14-jarige) was een goed voorziene jonge vrouw die haar T-shirt had uitgetrokken. We gebruikten haar als een soort baken, om onze plaats terug te vinden, telkens we een hapje waren gaan halen of even gaan plassen.


21:00 - Varsity Stadium

De promotoren hadden veel problemen gehad om het publiek ervan te overtuigen dat één van de Beatles persoonlijk aanwezig zou zijn bij het festival – zelfs na telefonische boodschappen van Fawcett en Lennon zelf. Een boodschap van Allen Klein die de aanwezigheid categoriek afdeed als nonsens had er ook geen goed aan gedaan. Maar… het concert was uitverkocht - alle 21 739 plaatsen – voor het geval dat…

Daarom werd, omstreeks 9 uur 's avonds, de perstent even in de schijnwerpers gezet, zodat iedereen John & Yoko goed kon zien. Duizenden flitsen gingen af, de jongeren kropen op de hekken en de Lennons baanden zich, onder politiebegeleiding een weg terug naar de kleedkamers onder de tribunes.


21:30 - Varsity Stadium

John en Yoko bleven de volgende drie uur veilig in hun kleedkamer. Yoko was niet bepaald onder de indruk van de faciliteiten. "Ik kwam uit de wereld van de avant-garde en dat is een beetje als de klassieke muziek," legde ze uit. "Ze hebben mooie kleedkamers en behandelen je eerste klas. We kwamen daar aan in die kleedkamer en het was overal beton: vuil en lelijk. Ik keek John aan en hij lachte: 'Welkom bij de rock 'n' roll.'"

Er was wat discussie wie er als laatste zou spelen. John en Yoko wilden niet na The Doors en Little Richard weigerde dat ook. Uiteindelijk werd overeengekomen dat Little Richard voor The Doors zou gaan en na The Plastic Ono Band.

Backstage steeg de spanning. Er werd nog wat gerepeteerd, met alle gitaren in één versterker geplugd.

Alan White: "Mal Evans zei, "Je moet ['Cold Turkey'] spelen – dat is fantastisch." Ik kende het nummer niet – niemand trouwens. Hij had het pas geschreven. [John] besloot het niet te doen, omdat er een moeilijk stukje in zit. Hij zei eerst: 'Dat kunnen we niet doen." In het vliegtuig speelden we het niet, maar dan in het stadium namen we het één keer door, vlak voor we opmoesten. Dat was alles."

John was ondertussen op van de zenuwen. De vliegreis en de opwinding werden hem teveel. Het probleem werd nog verergerd door de gevolgen van het afkicken van de heroïne.

"Ik weet nog dat Gene Vincent daar stond," gaat White verder, "wij waren aan het repeteren en John werd ziek van de zenuwen. Hij was aan het overgeven in de toiletten. Wij waren die fase al voorbij doordat Eric ['Cold Turkey'] al kende en ik deed gewoon mee. Eric kende het nummer omdat hij meegespeeld had bij de opname. Hij zei dat we het wel zouden klaarspelen. Wij zaten te wachten terwijl John stond over te geven en wij zeiden tegen elkaar dat het wel zou lukken."

"John stond daar maar in de kleedkamer," bevestigt Eric Clapton, "en die was inderdaad niet te proper. Hij zei: 'Wat doe ik hier? Ik had verdomme naar Brighton kunnen gaan!' Het was tenslotte een hele reis voor één concert."

De Lennon's vroegen Brower om wat coke.
Hij kwam met zes flesjes.
Yoko moest de naïeve jongeman uitleggen dat ze geen Coca-Cola nodig hadden, maar cocaïne!

De zanger, producer en songwriter Kim Fowley deed de aankondigingen: “John gaf over... en hij begon te huilen. Hij zei: ‘Ik heb schrik. Beeld je eens in dat je alleen maar met The Beatles hebt gespeeld en dan moet je voor de eerste keer met andere mensen gaan spelen. Doe alsjeblieft iets zodat de mensen niet zien dat ik zo een schrik heb om de scene op te gaan’ Hij was er erg aan toe.”


23:00 - Varsity Stadium

Tegen dat het tijd werd voor John om het podium te betreden had Kim Fowley iets bedacht.
“Een jaar of tien eerder had ik een film gezien: Our Lady Of Fatima” legt Fowley uit: "Daarin verschijnt de maagd Maria in de lucht en dan steekt iedereen toortsen aan.
Dus, dacht ik, iedereen meent dat John Lennon God is en dit is een religieuze belevenis. Waarom tillen we het dan niet op een religieus niveau, door Our Lady Of Fatima over te doen met vuur. Ik vroeg het Varsity Stadium om de lichten te doven en zodra ik de woorden ‘Plastic Ono Band’ zei, vroeg ik iedereen om gelijktijdig lucifers aan te steken om John op een vriendelijke, vredevolle manier welkom te heten.
Op de live LP hoor je ‘Get your matches ready… Brower and Walker present The Plastic Ono Band', en 20 000 lucifers gingen branden. Het was prachtige rood-gele gloed en iedereen liet een zucht van bewondering. Lennon begreep dat dit moment de spanning verlichtte en dat het nu aan hem was.”
"Het was een ongelofelijk zicht met die duizenden flikkerende lichtjes in de die gigantische arena," bevestigd John Lennon, "Het werd net donker. Dit was de eerste keer dat ik zoiets zag – ik denk dat het de eerste keer was dat zoiets gebeurde. Iedereen stak kaarsen aan, of lucifers…”

"John, Yoko, Eric, Alan en Klaus stonden ondertussen op het podium," beschrijft Mal Evans het gebeuren de volgende maand in Beatles Book. "Spontaan namen ze dezelfde plaatsen in als bij The Beatles: de bas links, dan de solo-gitaar en John rechts, met de drummer achter hem. Iedere gitarist had twee grote speakers, een aan iedere kant van de scène en het geluid was fantastisch vanaf de eerste noten."
Daar is de drummer, Alan White, het niet mee eens: “Ik zag het drumdtel voor het eerst toen ik het podium opkroop. Ik moest alles instellen toen we al daar waren. Het duurde zeker een minuut of vijf eer ik alles op zijn plaats had staan. Het was verre van perfect.”

Lennon droeg zijn witte kostuum, lang haar, zijn grootmoeders-brilletje en een volle baard. Hij begon met zich te verontschuldigen: "We doen gewoon wat nummers die we kennen. We hebben nog nooit samen gespeeld." Ze openen met 'Blue Suede Shoes' van Carl Perkins. ”Ik had mij al lang niet meer zo goed geamuseerd," verklaarde Lennon later, “Het was wel een beetje belachelijk dat ik de teksten niet meer kende. Yoko stond voor me met een blad waarop alle teksten stonde. Maar toen verdween ze opeens in een zak, midden in een nummer en ik moest de rest maar verzinnen. Ik had die spullen al zo lang niet meer gespeeld. Ik was ze allemaal vergeten. Maar dat maakte blijkbaar zoveel niet uit
“Ik dank dat we een beetje klonken als straatmuzikanten,” geeft Alan White toe, “maar we schreven toch ook geschiedenis.”

Eric Clapton is akkoord: "Het was verfrissend om die nummers te kunnen spelen: ze zijn zo eenvoudig en ongecompliceerd. John en ik houden veel van die muziek. Dat was de muziek waarmee het voor hem allemaal is begonnen en voor mij ook trouwens."

Daarna kwamen nog twee rock 'n' roll klassiekers, die The Beatles ooit hadden gecoverd: 'Money' en 'Dizzy Miss Lizzie'. Van onder haar laken deed Yoko mee met wat kreten en gegil -niet echt een constructieve bijdrage.



John wou dat Yoko terug te voorschijn kwam, omdat hij het tekstvel nodig had voor enkele recentere nummers. Als eerste kwam 'Yer Blues' uit de witte dubbel-LP van The Beatles
Eric Clapton had het nummer al eens live gespeeld met John tijdens het Rock 'n' Roll Circus van The Rolling Stones. Het werd een ietwat rommelige versie.
‘Cold Turkey’ werd aangekondigd met de woorden: "Dit heb ik nog nooit gespeeld… we gaan er voor." Terwijl de heftige uitvoering zijn chaotische einde nadert spoort John het publiek aan: "Kom op – wakker worden!".



Als intro van ‘Give Peace A Chance’ kondigde John aan: "Dit is waar we voor gekomen zijn, dus zing maar mee." Daarna verontschuldigde hij zich nog dat hij alleen het refrein nog kende maar niet meer al die stukjes daartussen!

Na afloop waarschuwde John het publiek: "En nu gaat Yoko haar ding doen."
‘Don't Worry Kyoko’, een stormachtige uitvoering van haar boodschap aan haar vermiste dochtertje werd goed ontvangen. Yoko krijste, gromde en huilde. Hadden ze het podium daarna verlaten, dan hadden ze een staande ovatie gekregen. Maar, in plaats daarvan schreeuwde Yoko steeds opnieuw de woorden “Oh John, Lets Hope For Peace” voor de beide gitaristen met pijnlijke feedback gefluit uit hun instrumenten de zaak kwamen versterken. Andy White voegde daar af en toe wat percussie uitbarstingen aan toe. Het resultaat was een cacafonie die alleen maar kan omschreven worden als een aanslag op de trommelvliezen.

De legendarische producer Bumps Blackwell, was backstage aanwezig. Hij herinnert zich: “Toen Yoko begon te schreeuwen klonk ze las een buffel in het paarseizoen. Vreselijk. Alsof ze stond af te zien. Het publiek begon te joelen en liepen weg. Ze gingen echt af.”
“De Lennons werden uitgejouwd” weet ook Brian Simmons, de 14-jarige fan: “Vooral Yoko.”
Larry Leblanc heeft een andere mening: "De mensen bleven beleefd. Ze wisten niet wat hun overkwam, maar iedereen wist dat ze een speciaal geval was. Ze had foto's getrokken van blote konten en zo. We dachten dat waar ze ook mee bezig was, dat het snel zou gedaan zijn. Maar er kwam verdomme geen eind aan."

Na een tijdje probeerde John het publiek terug op zijn hand te krijgen door wat de clown uit te hangen: met zijn heupen te zwaaien zoals Elvis en zo. Maar net dan begon Yoko aan een lange serie scherpe kreten.
Na een paar minuten fluisterde John iets in haar oor – waarschijnlijk dat het genoeg was geweest. Hij plaatse zijn gitaar tegen een versterker (waardoor die begon rond te fluiten) en hielp zijn vrouw van het podium af. Nog even een halfhartige wuif naar het publiek en ze waren verdwenen.
De andere muzikanten volgden zijn voorbeeld en wandelden naar de achterzijde van het podium. De feedback bleef doorrazen terwijl Klaus, Allan en Eric een sigartje opstaken.
Uiteindelijk wandelde Mal Evans het podium op en schakelde de fluitende versterkers één na één uit. Het publiek bleef perplex en totaal in de war gebracht achter.

Nochtans had de band, ondanks de zenuwen en de negatieve reacties, zich goed geamuseerd. “Het was een fantastisch optreden,” meent Eric Clapton ietwat raadselachtig, “We deden een uur lang pure rock zoals ‘Blue Suede Shoes’ en ‘Dizzy Miss Lizzy’.”


Yoko aan het werk

14 september 1969

01:45 - Varsity Stadium

De dag werd afgesloten met een korte persconferentie.

02:00 - Varsity Stadium

"Toen alles achter de rug was, stapten we in de vier wagens en reden twee uur ver, naar een groot landgoed van een meneer Eaton," onthult Mal Evans in Beatles Monthly, "Dat is een van derijkste mannen van Canada. Zijn zoon was ook daar en hij had ons allemaal uitgenodigd.
De volgende dag reden we met golfwagentjes rond op het landgoed. Het is echt een prachtige omgeving. Mijlenver alleen maar bomen, heuvels meren en groene kikkers"



Outro

Tijdens zijn verblijf daar, kwam John tot de conclusie dat het tijd werd om met The Beatles te kappen. Hij was hun ontgroeid, zo zei hij tegen Eric Clapton,in het vliegtuig op de terugweg.
Onmiddellijk bij aankomst belde hij naar zijn manager, Allan Klein, om hem het nieuws te melden. Maar Klein wist hem ervan te overtuigen dat hij moest zwijgen tot het nieuwe contract met Capitol er door was.

"Na het debuut van de Plastic Ono Band in Toronto hadden we een vergadering in Savile Row," vertelt Ringo Starr. "John kwam er mee voor de dag. Hij zei: `Wel, dat was het jongens, laat ons er mee kappen.'"

"Ik had het zien aankomen," legde Paul in maart 1971 uit, "John bleef maar roepen dat we muzikaal niet meer vooruit konden.
Op een nacht lagen Linda en ik in bed, daarover te praten. En ik dacht: 'Wat ik mis en wat zij ook missen is live spelen.' Want dat hadden we al lang niet meer gedaan. Om een goede mzuikant te blijven is dat contact met het publiek noodzakelijk. Het menselijke aspect. Dus kwam ik met het voorstel om zo maar ergens naar toe te rijden en er dan te gaan spelen – voor een paar honderd man. Gewoon iemand een zaal laten huren, wat posters op te hangen met alleen maar 'Ricky and Redstreaks, Saturday Night.' En dan kwamen wij opdagen in een busje en het publiek kwam kijken en dan waren wij dat. Ik vond dat geweldig. Maar John zei: 'Jij bent gek.'
John had net voor zo'n 200 000 man gespeeld, of zo, op een of ander festival. Dat was wat hij wou – en ik begrijp dat wel. Ik begrijp dat hij dat als vooruitgang ziet, maar ik zie het anders.
We zaten samen in het kantoor van Apple. Ringo was er bij – hij ging akkoord - George weet ik niet meer. En toen zei John: 'Trouwens, ik stap er uit.' Hij zei: 'Ik wil een scheiding.' Dat was wat hij zei: 'Ik wil een scheiding.'
En deze keer meende hij het echt. Daar hadden we niet op gerekend. We beseften allemaal dat het voorbij was. Het bijl was gevallen. Dat raakt je, zoiets. Het is net als school verlaten of zoiets - wat ook je ding is. En ons ding was the Beatles."

Die vergadering was waarschijnlijk de laatste keer dat de vier samen waren in hetzelfde gebouw.




Op plaat en in beeld


Natuurlijk werd het Toronto Rock 'n' Roll Revival Festival opgenomen en gefilmd. Behalve de videoopname van de Richters, waren er ook 16 mm beelden, door D.A. Pennebaker. Die had maar liefst acht camera's ter beschikking.
Maar op vraag van Allen Klein en John Lennon, kwam het optreden van de Plastic Ono Band niet voor in de film Keep On Rockin’.

John en Yoko maakten de live LP Live Peace in Toronto. "We probeerden het uit te brengen bij Capitol, maar die wilden er niks van weten," vertelde John Lennon. "Zij zeiden: 'Dit is rommel! We gaan geen plaat uitbrengen met haar gekrijs op de ene kant en jij met dit soort materiaal op de andere.'
Maar wij wisten wel dat het zou aanslaan.
Klein kreeg het voor mekaar dat het een plaat werd van John and Yoko/Plastic Ono Band en niet een Beatles plaat. Dus kregen we meer geld, want de royalties van The Beatles waren niet vet.
Capitol riep: 'Doe maar. Niemand zal die rommel kopen!' Ze gaven het ons gewoon. Wij brachten het uit en het was direct een succes."

Live Peace in Toronto werd op 12 december 1969 uitgebracht. Engeland was niet geïnteresseerd, maar in Amerika haalde de plaat de top 10
De cd-versie verscheen pas in mei 1995, jaren na de rest van Lennon's oeuvre.

In 1988 werd Pennebaker's film opnieuw uitgebracht, met inbegrip van het volledige concert van de Plastic Ono Band. De nieuwe titel was Sweet Toronto. De bijdragen van Bo Diddley, Jerry Lee Lewis, Chuck Berry en Little Richard waren allemaal gereduceerd tot één nummer. Er waren geen beelden van The Doors, omdat die geen toestemming gegeven hadden om te worden gefilmd. Merkwaardig is dat Yoko's bijdrage op nummers als 'Yer Blues' nu veel beter hoorbaar zijn in de mix.